Huis Beerenclaauw te Groessen
Jan Baldewijn van Hugenpoth tot den Beerenclauw verkocht het goed in 1820 aan Frederik Johann Tendering, echtgenoot van Louise Auguste Maurenbrecher, die er in 1877 is overleden. Zijn erfgenamen verkopen in datzelfde jaar de Beerenclaauw aan Christina Josepha Theodora Maria Hoevel, douairière van Jhr. Mr. Carel Everardus Josephus Franciscus van Nispen tot Pannerden, eigenares van het kasteel Swanenburg bij Genderingen. Deze kocht het uitsluitend als belegging en verpachtte haar nieuwe aanwinst als boerderij.
Het huis was inmiddels in niet al te beste staat van onderhoud geraakt en in 1898 werd de verdieping afgebroken en het restant verbouwt tot boerderij. Het jaar daarop stortte de achtergevel in de gracht, waarop het huis werd afgebroken en vervangen door het huidige. De trap uit het oude huis werd aangebracht in het torentje, dat ons herinnert aan het adellijke verleden van het huis. De familie Van Nispen verkochten in 1978 de Beerenclaauw aan de huidige eigenaar A.J.G. van Bethraij, wiens grootvader er in 1894 pachter van was geworden. De gracht om het huis werd in 1963 gedempt. Het huis vertoont zich als een miniatuurkasteeltje in het landschap en is een opmerkelijk element daarin.